De Duitse bariton Christian Gerhaher maakte zijn langverwachte debuut in het openingsconcert van ons negende seizoen, en daar waren we ontzettend blij mee.
Waarom is Gerhaher zo’n belangrijke puzzelstuk in onze programmering? Ik denk dat het er iets mee te maken heeft dat de Duitse bariton als stemtype in de liedkunst een status aparte heeft. Dietrich Fischer-Dieskau was het, daarna vulde Thomas Quasthoff de grote concertzalen in de wereld. Terugkijken is makkelijk: met de kennis van nu kunnen we deze zangers kwalificeren als toonaangevend in hun eigen tijd. Hun stemmen leven voort in hun opnames.
Sinds de pensionering van Quasthoff als klassiek zanger, is er sprake van een triumviraat onder Duitstalige baritons, als ik het zo mag noemen. Er zijn drie zangers die gedurende langere tijd op zeer hoog niveau presteren: Florian Boesch en Matthias Goerne traden beiden al vier keer op in Grote Zangers. En nu voegt die derde, Christian Gerhaher, zich daarbij en is het triumviraat in het Muziekgebouw compleet.
Wat maakt Gerhaher zo bijzonder? Het ‘houden van’ een stem is iets zeer persoonlijks, in mijn geval smelt ik ogenblikkelijk als ik deze stem hoor. Ik vind die zo mooi dat ik er wel eindeloos naar wil luisteren. Verder lijkt zijn zingen vanuit tekst ongeëvenaard. Elk woord, elke klinker en zelfs medeklinker is feilloos te verstaan. Ik vind hem een aangename man op het podium.
Gerhaher treedt vrijwel uitsluitend met de pianist die ook bij ons optrad: Gerold Huber. Grote Liedkunst ontstaat vaak waar vaste koppeltjes zijn. Verder heeft Gerhaher besloten alle liederen van Schumann op CD te zetten. Alleen al de research van dit project kostte Gerhaher jaren. Vervolgens bedacht hij dat hij al die liederen eerst in concert wil zingen, vóórdat die de studio in duikt. Want alleen in een concert, dus in confrontatie met u, een publiek, kan hij dingen in een lied ontdekken die die anders niet zou ontdekken.